NTC-onderwijs kenmerkt zich door een grote diversiteit in leeftijdsgroepen en taalniveaus. Bij de organisatie van de Oranjeschool is met opzet rekening gehouden met variaties in het niveau van de leerlingen en de beschikbare leerkrachten en assistenten.
Speelgroep
De speelgroep komt bij elkaar van 9.30u tot 11.30u. Kinderen in de speelgroep hebben de leeftijd van 0 t/m 2,5 jaar.
Er dient altijd één ouder per leerling tijdens de les aanwezig te zijn.
De aandacht ligt vooral op liedjes zingen en rijmpjes leren en er worden korte verhaaltjes voorgelezen. De begeleider van de speelgroep maakt gebruik van de methode Uk en Puk. Zoals de naam al zegt, is er ook veel tijd om te spelen, knutselen en kleuren van kleurplaten met een Nederlands thema. De voertaal in de speelgroep is Nederlands.
Instroomgroep
In de instroomgroep krijgen leerlingen een opstap voor het onderwijsprogramma van groep 1 van het Nederlandse basisonderwijs. Kinderen van 2,5 jaar en ouder, mits zindelijke, kunnen gedurende het jaar instromen in de instroomgroep. Met behulp van de methode TOK en themagerichte activiteiten worden de leerlingen spelenderwijs ondersteund bij de ontwikkeling van hun Nederlandse taalvaardigheid en via sociaal spelen wordt hun woordenschat uitgebreid. Ouders wordt gevraagd regelmatig in de klas te helpen.
Onderbouw: Groepen 1 en 2
De onderbouw bestaat uit kleutergroep 1 en kleutergroep 2. Voor de groepen 1 en 2 wordt gebruik gemaakt van de methode TOK, die speciaal is ontwikkeld voor de jongste kinderen. Hierbij staan vijf onderdelen van de taalontwikkeling centraal:
- ontwikkelen van het taalgebruik bij jonge kinderen
- uitbreiden van de woordenschat
- kinderen kennis laten maken met boeken en verhalen
- kinderen bewust maken van vormaspecten van taal
- kinderen oriënteren op de functies van geschreven taal.
In het schooljaar 2020/2021 werd voor het eerst na de Kerst al een start gemaakt met Lezen en Spelling aan de hand van de methode Veilig Leren Lezen. Daar de leerlingen ook op de Amerikaanse school al bezig zijn met letters in Kindergarten sluit dit goed aan. De kernen Start t/m 2 zullen behandeld worden in groep 2. Op deze manier wordt de stof van VLL over 1,5 jaar uitgespreid.
Middenbouw: Groep 3
De middenbouw bestaat uit leerlingen op het niveau groep 3 in het Nederlandse basisonderwijs. Dit is een cruciale groep, waar de beginselen van het lezen en schrijven in het Nederlands worden geleerd. Deze leerlingen werken met de methode Veilig leren lezen voor groep 3. Via thema’s wordt aandacht besteed aan spreken, lezen, luisteren, woordenschat, schrijven en spelling. Daarnaast krijgen alle leerlingen van de middenbouw naast het leeshuiswerk een huiswerkopdracht mee die aansluit op de les van die week.
Bovenbouw: Groepen 4 t/m 8
De leerlingen in de bovenbouw maken allemaal gebruik van de taalmethode Staal. Deze methode is speciaal voor de leergangen van groep 4 t/m 8 van het Nederlandse basisonderwijs. Tijdens het plannen van de lessen houden de leerkrachten rekening met de volgende specifieke uitgangspunten:
- Het accent ligt op het taalgebruik (luisteren, spreken, lezen, schrijven), met andere woorden taal leren door doen.
- De lessen moeten aansluiten bij de leef- en ervaringswereld van de leerlingen. Tijdens de les wordt veel klassikaal gewerkt om het luisteren en spreken te stimuleren.
Daarnaast worden de lessen zoveel mogelijk gedifferentieerd naar niveau, tempo en belangstelling van de leerlingen. De leerlingen van de bovenbouw krijgen iedere week naast het leeshuiswerk een huiswerkopdracht mee die aansluit op de behandelde stof van die week.
Verder wordt er in deze groep meer dan in de andere groepen aandacht besteed aan cultuur, gewoonten, geschiedenis en actualiteiten van Nederland. De leerlingen krijgen maandelijks les van een geschiedenisdocent, waarbij de historie van Nederland wordt verkend. Jaarlijks worden hiervoor schoolbreed thema’s vastgesteld en werken de leerlingen met opdrachten en projecten rond deze thema’s. Tevens komen andere belangrijke wetenswaardigheden over Nederland (kenmerken grote steden, achtergrond Nederlandse feestdagen, etc.) projectmatig en thematisch aan bod. Bij de keuze van de thema’s wordt uiteraard ook rekening gehouden met de belevingswereld van de kinderen.
Voorgezet Onderwijs
De lessen in het voortgezet onderwijs zullen gegeven worden in een online format aangevuld met een 8-tal in person thema lessen op locatie. De leerlingen in het voortgezet onderwijs maken gebruik van de methode Nieuw Nederlands. Deze methode is special ontwikkeld voor online onderwijs en biedt leerlingen de mogelijkheid om op hun eigen niveau te werken. Alle taaldomeinen worden behandeld en er wordt gewerkt rondom thema’s.
Met dit programma willen wij de schoolverlaters en eventuele andere Nederlandse of Vlaamse kinderen een kans geven zich verder te verdiepen in de Nederlandse taal, actief betrokken te blijven bij de Nederlandse gemeenschap en toe te werken naar het CNaVT examen en/of de ALTA toets.
Kinderen, die eventueel in Nederland of België willen gaan studeren, moeten de Nederlandse taal beheersen en dat kunnen bewijzen door middel van een officieel certificaat van, ofwel, CNaVT (Certificaat Nederlands als Vreemde Taal) of NT2. Het VO programma werkt naar het examen CNaVT ‘Educatief Startbekwaam’ toe. Dit examen bewijst dat een leerling de Nederlandse taal voldoende beheerst om te kunnen studeren in Nederland of België.
Verder kan toegewerkt worden naar de ALTA toets (of toetsen van gelijke aard). Dit examen toetst de vaardigheid van studenten in een vreemde taal, in dit geval het Nederlands. Afhankelijk van de richtlijnen van de highschool (school districten) kan het behalen van dit examen zelfs extra credits op het transcript opleveren of vrijstelling geven van het volgen van een vreemde taal.
De lessen worden gegeven op doordeweekse middag van 4:30-6pm. De terugkomdagen zijn op zaterdag. De data voor de terugkomdagen worden voor de start van het schooljaar gecommuniceerd.